Bent u graag op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op het gebied van M&A-transacties en het mededingingsrecht? Lees dan verder voor de belangrijkste updates.
Voor veel M&A-transacties is tegenwoordig goedkeuring van één of meerdere toezichthouders nodig. Toch blijft de roep om meer toezicht. De Autoriteit Consument & Markt (“ACM”) maakt zich bijvoorbeeld zorgen over kleine transacties die buiten haar toezicht vallen maar toch voor concurrentieproblemen kunnen zorgen. Denk hierbij aan
private equity
-bedrijven die ‘kralen rijgen’. De ACM wil hiervoor het liefst een
call-in
optie krijgen.
De ACM is ook bevreesd voor ‘killer acquisitions’, overnames die tot doel hebben kleine veelbelovende bedrijven uit te schakelen. Dit speelt onder andere in de farmaceutische sector. Het Hof van Justitie heeft vorige maand verduidelijkt dat de ACM dit soort overnames niet naar de Europese Commissie mag verwijzen. De ACM heeft al laten weten dat zij hiervoor dus nieuwe bevoegdheden nodig heeft. Ook de Nederlandse Zorgautoriteit (“NZa”) wil ruimere bevoegdheden om zorgfusies intensiever te kunnen toetsen. Hier zou dan de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (“IGJ”) bij moeten worden betrokken.
Het is ook de bedoeling dat het Bureau Toetsing Investeringen (“BTI”) extra mogelijkheden krijgt om transacties op het gebied van sensitieve technologie te controleren. Er wordt wetgeving voorbereid om meer technologieën aan de reikwijdte van de
Wet Vifo
toe te voegen. Het Ministerie van Economische Zaken heeft daarnaast een beleidsregel gepubliceerd waarmee invulling wordt gegeven aan het begrip ‘beheerder van een bedrijfscampus’. Liefhebbers van de Wet Vifo en het BTI nodigen wij van harte uit op de
bijeenkomst
van de Vereniging voor Investeringstoetsing op 8 oktober a.s. op onze eventlocatie in Amsterdam.
Bij M&A-transacties die de meldingsdrempels overschrijden, moeten bedrijven wachten met het effectueren daarvan totdat de mededingingsautoriteiten goedkeuring hebben verleend. Bij overtreding van deze verplichting riskeren partijen een boete. Daarbij spreken bedrijven bij een M&A-transactie soms af tijdelijk niet met elkaar te concurreren. Dit kan onder het kartelverbod vallen als het non-concurrentiebeding langer duurt of een breder bereik heeft dan noodzakelijk. Ook hangt dit af van de marktpositie van de betrokken bedrijven. Een voorbeeld is een recente procedure bij de rechtbank Midden-Nederland waarin niet was aangetoond dat de bagatelbepaling uit de Mededingingswet was overschreden.
Dit alles lichten wij toe in onze blogs en in een webinar.