Medische hulpmiddelen vormen een cruciaal onderdeel van de zorg. De Autoriteit Consument en Markt (“ACM”) heeft verkennend onderzoek laten doen naar de markt voor medische hulpmiddelen. De ACM signaleert concurrentierisico’s in meerdere deelmarkten zoals protheses en implantaten voor hart en longen en hechtmaterialen. In deze blog zetten wij de belangrijkste bevindingen van de ACM op een rij.
ACM heeft al langer aandacht voor hulpmiddelensector
De ACM geeft aan dat er veel gaande is in de medische hulpmiddelensector. Daarom vindt de ACM het belangrijk om actuele kennis te hebben over de verschillende markten voor medische hulpmiddelen. Die marktkennis draagt vervolgens bij aan i) het beoordelen van risico’s voor een goede marktwerking en ii) het beoordelen van fusies en/of samenwerkingen in het hulpmiddelenveld. De interesse van de ACM in de medische hulpmiddelensector komt niet uit de lucht vallen. In 2021 deed de ACM onderzoek naar leveranciers van elektronische patiëntendossiers (EPD’s). Zeer recent publiceerde de ACM de Leidraad Goedwerkende markten voor zorg-ICT. In 2021 verbood de ACM ook de overname van Eurocept door Mediq. De ACM was bang dat Mediq en Eurocept een te sterke positie zouden krijgen op de markt voor ambulante infuuspompen. In 2010 keurde de Nederlandse Mededingingsautoriteit (“NMa”) de overname van Handicare door Nordic Capital enkel onder voorwaarden goed. De NMa meende dat als gevolg van deze overname er een gebrek aan concurrentie op de markt voor nieuwe elektrische rolstoelen zou volgen. Teneinde groen licht voor de overname van de NMa te krijgen moest Handicare een substantieel deel van haar productie, distributie en verkoop van elektrische rolstoelen in Nederland verkopen aan een onafhankelijke derde partij.
Gebrek aan toetreding en switching costs belangrijke risicofactoren voor marktfalen
De ACM heeft adviesbureau SiRM een marktverkenning laten uitvoeren. Het onderzoek beschrijft een verkenning naar marktfalen op de Nederlandse markten voor medische hulpmiddelen. Marktfalen brengt met zich dat te hoge prijzen worden betaald, te lage kwaliteit wordt geleverd en/of er te weinig keuzevrijheid of innovatie is. SiRM heeft medische hulpmiddelen functioneel ingedeeld in 63 deelmarkten.
- Van deze 63 deelmarkten zijn er 31 deelmarkten niet verder onderzocht nu daar een laag risico op marktfalen speelt. Dit omdat er sprake is van homogene en/of laagcomplexe producten, of omdat de deelmarkt minder relevant was gelet op aantallen, omzet of maatschappelijke impact. Zo zijn bijvoorbeeld weinig verbruiksmiddelen onderzocht.
- Voor de overige 32 deelmarkten verwacht SiRM wel een risico op marktfalen. Deze markten heeft SiRM onderzocht aan de hand van een beoordelingskader. Alleen de EPD-markt heeft SiRM niet verder onderzocht, omdat de ACM daar eerder al onderzoek naar verrichtte. Het beoordelingskader formuleert risicofactoren voor marktfalen aan de aanbodzijde en de vraagzijde van de markt. Een belangrijk risico op marktfalen aan de aanbodzijde (aanbieders van medische hulpmiddelen) ziet volgens SiRM op een gebrek aan dreiging van toetreders. Aan veel medische hulpmiddelen zijn namelijk strenge certificeringseisen verbonden. Sinds de Europese Medical Device Regulation (“MDR”) in 2021 in werking is getreden, gelden er bovendien aanvullende veiligheidseisen voor medische hulpmiddelen. De MDR kan volgens SiRM op korte termijn leiden tot hogere kosten, het wegvallen van nicheproducten en een lagere innovatiesnelheid. Verder is de Nederlandse markt klein en verdeeld. Dit kan mogelijk leiden tot een toename van marktconcentratie, aldus SiRM. Bovendien zijn veel aanbieders van medische hulpmiddelen actief op meerdere deelmarkten, waardoor zij mogelijk gebruik kunnen maken van hun positie op de ene deelmarkt om hun positie op een andere deelmarkt te versterken.
De belangrijkste risico’s op marktfalen aan de vraagzijde van de markt (gebruikers en afnemers) zien allereerst op switching costs. Omdat de patiëntenzorg niet in het gedrang mag komen, blijft medische apparatuur vaak tot op het laatste moment in onderhoud of gebruik of moeten ingezette materialen lang op voorraad blijven. Ook het feit dat aan de vraagzijde van de markt onderscheid moet worden gemaakt tussen gebruikers van hulpmiddelen (patiënten), voorschrijvers van hulpmiddelen (zoals medisch specialisten) en betalers van hulpmiddelen (zoals de inkoopafdeling van het ziekenhuis) brengt een risico op marktfalen met zich. Als een ziekenhuis bulkproducten inkoopt (zoals verbandmiddelen), ligt het inkoopproces volledig bij de inkoopafdeling van het ziekenhuis. De focus bij de inkoop van het hulpmiddel ligt dan op de prijs. Voor andere hulpmiddelen geldt juist dat kennis van de medisch specialist vereist is voor de inkoop (zoals protheses en implantaten). In die gevallen heeft de medisch specialist meer inspraak bij de inkoop. De focus van de inkoop van het hulpmiddel ligt dan mogelijk minder op prijs.
Risico’s op marktfalen bij deelmarkten i) protheses en implantaten hart en longen en ii) hechtmaterialen
SiRM concludeert dat er twee deelmarkten zijn met een hoge risicoscore aan zowel de aanbodzijde als de vraagzijde. Dat zijn i) protheses en implantaten hart en longen en ii) hechtmaterialen. Daarnaast zijn er verschillende deelmarkten waar de risico’s vooral zien op ofwel de vraagzijde, ofwel de aanbodzijde van de markt. SiRM heeft vervolgens met de ACM drie deelmarkten geselecteerd voor aanvullend onderzoek: i) radiotherapie-apparatuur, ii) pacemakers en inwendige defibrillators (ICD’S) en iii) dialyse- en plasmaferesematerialen. Het grootste concurrentierisico voor radiotherapie-apparatuur ziet op de hoge switching costs en de concentratie van de markt; er zijn in Nederland nu twee grote producenten actief. Voor prothesen en implantaten voor het hart vormt productdifferentiatie een belangrijk risico. Producenten kunnen hun pacemakers of ICD’s dusdanig aanpassen dat ze aansluiten bij specifieke eisen voor een patiëntengroep. Doordat de producenten zich daarmee onderscheiden van hun concurrenten, ontstaat er volgens SiRM marktmacht. Voor dialyse- en plasmaferesematerialen vormt koppelverkoop het grootste concurrentierisico. Dialyse-apparaten kunnen soms alleen in combinatie met dialyse-materialen van dezelfde producent worden gebruikt. De ACM stelt marktpartijen nu in de gelegenheid om te reageren op de resultaten van het onderzoek. Het ligt voor de hand dat de ACM met de uitkomsten van het onderzoek fusies, overnames en andere samenwerkingen van producenten van hulpmiddelen waar SiRM risico’s signaleert kritisch zal toetsten.