Op 19 november 2013 debatteert de Eerste Kamer over de vraag of de zorgspecifieke fusietoets wordt ingevoerd. Stemt de Eerste Kamer in met het wetsvoorstel dan dienen zorgaanbieders bij een fusie, overname of de oprichting van een joint venture (hierna: concentraties) eerst goedkeuring van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) te verkrijgen. Pas nadat goedkeuring van de NZa is verkregen, kan een melding bij de Autoriteit Consument & Markt (ACM) worden ingediend. Ook bij concentraties die de omzetdrempels voor een melding bij de ACM niet halen, bestaat snel de verplichting de concentratie wel vooraf te melden bij de NZa. Wanneer een concentratie gemeld wordt bij de NZa dan zijn de betrokken zorgaanbieders gehouden een ‘fusie-effectrapportage' op te stellen en cliënten, personeel en andere belanghebbenden zorgvuldig te betrekken bij de besluitvorming. Voor een nadere toelichting op het wetsvoorstel zie: De Zorgspecifieke fusietoets: beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald?
Indien het wetsvoorstel wordt aangenomen, heeft dat ingrijpende gevolgen voor zorgaanbieders met fusie- of samenwerkingsplannen. Pikken we er een paar uit dan ontstaat het volgende beeld:
- Het wetsvoorstel voorziet in de verplichting voor een zorgaanbieder om bij de NZa een concentratie te melden wanneer de zorgaanbieder met 50 personen of meer zorg verleent. Niet vereist is dat ten minste twee betrokken zorgaanbieders met minstens 50 personen zorg verlenen, slechts één zorgaanbieder volstaat. Kortom, een bijzonder lage drempel die in de praktijk snel zal worden gehaald;
- De meldingsplicht bij de NZa bestaat ook voor een concentratie van een zorgaanbieder met een niet zorgaanbieder, denk aan de oprichting van een joint venture door een zorgaanbieder met een hotel of schoonmaakbedrijf. De meldingsplicht rust daarbij op de zorgaanbieder;
- Voor concentraties van zorgaanbieders die al zijn goedgekeurd door de ACM, maar nog niet zijn voltrokken op het moment dat de wet in werking treedt, geldt geen overgangsregime. Die fusies of andere concentraties dienen alsnog bij de NZa gemeld te worden, zo volgt uit de toelichting van de NZa, klik hier.
Zoals door de minister van VWS ruiterlijk wordt erkend, krijgen zorgaanbieders met samenwerkingsplannen bij invoering van de wet te maken met een aanzienlijk langer toetsingsproces en een verhoging van hun (administratieve) lasten. Er zijn de nodige kanttekeningen te plaatsen bij het wetsvoorstel (zie hier) en het is te hopen dat de Eerste Kamer het wetsvoorstel verwerpt. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, is er voor zorgaanbieders met samenwerkingsplannen een alternatief traject beschikbaar. Meestal kan een samenwerking zo vorm worden gegeven dat er geen sprake is van een concentratie in de zin van de Mededingingswet. Melding bij de NZa en/of de ACM is dan niet vereist. Hetzelfde doel kan hiermee vaak sneller en goedkoper worden bereikt. Een voorbeeld is om een joint venture zo op te richten dat daarbij geen sprake is een concentratie waardoor een verplichte melding bij NZa en/of de ACM achterwege blijft en de joint venture snel van start kan gaan.
Volg Maverick Advocaten op Twitter en LinkedIn
Voor meer informatie over de zorgspecifieke fusietoets, klik hier.